In mei 2012 had ik een tocht gepland die ons van Alicante naar Málaga zou voeren en die tot doel had een aantal routes te onderzoeken die ik in voorafgaande jaren 'op papier' had bestudeerd. Wegens pech (freewheel van DT-Swiss begaf het) hebben we die tocht na 5 dagen moeten afbreken. Dit jaar probeerden we het opnieuw en bovendien besloten we om de tocht niet op onze vertrouwde tandem te maken maar op 2 fietsen. Hiermee zouden we makkelijker op onverharde paden en lastige routes kunnen rijden.
We hebben 4 weken gefietst en reden van Alicante naar Sevilla. Op 7 mei vertrokken we en op 4 juni waren we weer terug in Nederland. In totaal reden we 1300 kilometer en hebben daarbij 18000 hoogtemeters gemaakt! Het weer in Spanje was gedurende deze 4 weken extreem te noemen: van 0° en sneeuwval, regen en hagel tot volkomen onbewolkt en 39°! Ook voor Spanjaarden was het een verrassing om in deze tijd van het jaar (in Andalucia!) dergelijke (snelle wisselingen van) weersomstandigheden mee te maken.
De pijltjes ↓ ↑ ← → aan het eind van sommige tekstkolommen geven aan of je voor het vervolg naar beneden/boven of naar links/rechts moet lezen. Een foto over de gehele breedte is altijd een scheiding (einde van hoofdstuk). Combinaties zijn ook mogelijk: →↑ betekent dat je in de rechterkolom weer helemaal bovenaan verder moet lezen.
Dinsdag 7 mei
We fietsen naar vliegveld Eindhoven in 2 uur tijd in zonnig weer. Dit vliegveld is nu behoorlijk 'gegroeid', in die zin dat er nu aanmerkelijk meer passagiers komen en gaan. De vertrekhal is twee keer zo groot geworden maar de sfeer is niet meer zo leuk als het was in voorgaande jaren. Zakelijker en onaangenamer! De baliemedewerkster vraagt zich ook af of de fietsen wel zonder doos meekunnen en ze loopt mee naar de controle voor grote bagage. Daar is het gelukkig geen enkel probleem.
Bij vertrek hebben we een flinke vertraging en we komen 5 kwartier te laat aan op Alicante. We maken snel de fietsen in orde, rijden langs Torellano voor boodschappen en gaan langs de inmiddels bekende route naar het hotel. De werkzaamheden aan het fietspad (waardoor we vorig jaar wat om moesten rijden) zijn nog steeds niet afgerond, sterker nog: er is HELEMAAL NIETS veranderd!! Crisis?
In het hotel maken we onze eigen maaltijd klaar (we zitten in een luxe appartement) en eten op het balkon met uitzicht op de golfbaan bij een temperatuur van 28°!
Woensdag 8 mei, 73km.
[routekaartje]
We staan om 6u op omdat we vroeg willen rijden. Het ontbijt in El Plantio Golf is uitstekend (later zal blijken: het beste van deze hele vakantie!) en we rijden om 8:15u weg. Het is al aardig warm maar er hangt ook nog wat bewolking waardoor we niet zo vaak in de zon hoeven te fietsen. We hebben besloten om weer het Via Verde del Maigmó te gaan rijden [Kijk hier]. Het is de prettigste route het lage land rond Alicante uit. We rijden deze keer via El Rebolledo naar El Alabastre en vinden daar weer snel de doorsteek naar het Maigmó fietspad. Dat ligt er verder nog net zo bij als vorig jaar, maar de palmbomen zijn nu 4 cm hoger! Omdat we weinig water bij ons hebben, rijden we in Agost langs een winkeltje om de voorraad aan te vullen. Het fietspad is tot aan de eerste tunnel vrij heet, daarna vangen we meer wind en is er meer schaduwgevende begroeiing. We sluiten weer aan op de A7 en volgen dan de serviceweg naar Castalla. Op de Michelinkaart staat het Maigmó fietspad ingetekend tot aan Alcoi, maar dat is op dit punt echt niet meer aanwezig.
[We fietsten er in 2017 weer en ik heb toen voor Mapillary het hele fietspad vastgelegd vanaf El Alabastre!]
Als we bij de tunnel onder de A7 aankomen - waar ook een hek aan de linkerkant van de weg staat zoals ik ook al had gezien op streetview - zie ik nog wel de resten van een pad liggen en ga ik verkennen wat daar de mogelijkheden zijn: een woest en onverhard pad dat mogelijk met een ATB is te berijden, maar waar het uitkomt is niet te zien.
Wij gaan daarom door over de asfaltweg in een mooie afdaling en zien dan opeens een fietsroute aangekondigd die weer terugvoert naar de A7! We volgen dat pad, het is goed begaanbaar, en via een klein tunneltje komen we weer aan de andere zijde van de A7 uit waar we nu over een wel goed begaanbaar spoortracé uitkomen dat we geruime tijd volgen. Het loopt parallel aan de autoweg. Op het punt waar dat pad uitkomt op de weg naar Castalla, kunt je langs de hoofdweg rijdend (het is een gravelpad) ook daarheen gaan, maar dat lijkt minder interessant en dus rijden wij de route binnendoor naar het stadje waar we in het centrum bij een mooie oude kerk uitrusten en wat eten en drinken kopen. Het dorp weer uitrijdend komen we dan terecht op het fietspad zoals ik dat ook al via streetview had gezien en dat (paars gekleurd) duidelijk zichtbaar is. Via een rustig stuk komen we uit bij de CV80, waar het fietspad ons naar de Puerto de Biar brengt (810m). Het is nu flink heet en de klim is stevig maar niet lang. De afdaling naar Biar is overzichtelijk en we rijden zonder problemen op Casa Rural Los Dos Tilos af. We hebben dit keer een kamer aan de achterzijde met uitzicht op de grote tuin vanaf het balkon. We doen boodschappen in de buurt en eten later op ons balkon. Het weer is fantastisch.
Donderdag 9 mei, 69km.
[routekaartje]
Het ontbijt is bescheiden en we rijden om 8.45 via de hoofdweg snel naar het Xixarra fietspad. Tot aan Villena rijden we (in warm weer) over bekend terrein. Het staat overvloedig vol met bloemen en de bomen geven goed schaduw. Vanaf Villena volgen we dan het traject waarvan onduidelijk is of het helemaal tot aan Yecla doorloopt. Voorafgaande aan deze vakantie had ik de route op OSM verkend en ingetekend (en die stond nu dus ook op mijn digitale kaart in de Garmin gpsmap), maar je kunt op een luchtfoto niet goed de kwaliteit van het wegdek beoordelen en al helemaal niet of er ergens een hek staat! Tot Las Virtudes is het pad goed verzorgd en duidelijk aangegeven. Het is een gravelpad. Het vervolg (je kunt bij Las Virtudes ook de CV81 opgaan) is een mooie, landelijk route tussen de boerenvelden. Het is soms wat zanderig en dan lopen we korte stukjes. Het is een open pad met maar een paar schaduwplekken van grote parasoldennen.
Bij Yecla kun je via een netwerk van kleine weggetjes ook de stad inrijden, wij kiezen voor de korte doorsteek naar de CV81 om zo snel in het noorden van de stad uit te komen. We zoeken een bar/restaurant op voor een tortilla en wat drinken en gaan dan op weg naar de eindbestemming. De stad uit is er een spiksplinternieuw fietspad aangelegd, dat nog zó nieuw is dat we er niet op mogen rijden: het asfalt wordt net paars geverfd en is nog nat! Jammer!
Het asfalt van de - veel te brede - weg naar Fuente Alamo is wel droog en ook erg heet (31°-35°). Geen bomen, veel sterke wind tegen en saai! Pas na de afslag naar Jumilla krijgen we wat groen en bomen naast ons en is de breedte van de weg ook weer 'normaal'. In de omgeving van Fuente Alamo staan veel windmolens. Het hotel "Central" heeft aangename kamers en we eten 's-avonds in het restaurant naast het hotel.
Vrijdag 10 mei, 40 km.
[routekaartje]
We ontbijten op de kamer (er is geen ontbijtmogelijkheid in dit hotel behalve een nespressomachine in de algemene ruimte) en rijden om 8:45 weg in de richting van Ontur over een dalende weg. Ter hoogte van het Embalse de Bayco had ik een route uitgezet om de route langs de hoofdweg te vermijden, maar de wegen rond en naar het stuwmeer zijn afgesloten voor verkeer. Je kunt er niet echt langsrijden. Het is op de hoofdweg niet erg druk en dus dalen we snel verder. In Ontur kijken we even rond en slaan dan af op de CM-3215 en rijden dan over een nodeloos brede weg (er is totaal geen verkeer) langs het vliegveldje van Ontur en dan naar het zeer fraaie weggetje dat afslaat naar Santiago de Mora.
Het is een smal weggetje, slecht onderhouden, slingerend door het landschap en geen mens of auto te zien. We houden er in de schaduw van een paar bomen een korte eetpauze. Na Santiago de Mora komen we weer op de bredere CM-412 uit, rusten in Cordovilla voor de kerk wat uit en rijden dan probleemloos naar ons hotel in Hellín waar we ook vorig jaar al waren geweest. We hebben nu een mooie kamer met een groot balkon, maar helaas staat daar zo'n harde wind dat we er geen moment prettig kunnen zitten! We eten op de kamer en maken plannen voor de etappe van morgen. Het casa rural in Ayna blijkt bezet, dus reserveren we een kamer in hotel Felippe II.
We zijn nu op het punt aangekomen waar we af gaan wijken van wat ik vorig jaar gepland had. We kunnen nl. weer naar Moratalla rijden, maar ik wilde zoveel mogelijk wegen vermijden die we al gereden hadden. Daarom kiezen we er nu voor om naar Ayna te gaan zodat we over een voor ons geheel nieuw traject kunnen rijden. Het gedeelte daarna zullen we weer van dag tot dag bekijken.
Zaterdag 11 mei, 64 km.
[routekaartje]
Van vorig jaar konden we ons een slecht ontbijt herinneren en dat is nog steeds beneden de maat. Oud brood, vrijwel geen beleg en geen personeel dat we om iets kunnen vragen. We rijden om 9u weg naar Isso en vervolgen dan verder over de (rustige) hoofdweg naar de afslag naar het Embalse de Talave. Dit weggetje vormt de verbinding naar de CM-3213. Het is een rustig klimmend en dalend weggetje, wegdek redelijk, veel groen en soms ook mooi in het rivierdal van de Rio Mundo. Het enige verkeer dat we tegenkomen zit ook op de fiets. In de omgeving van het stuwmeer staan prachtige eucalyptusbomen.↓
Wij pauzeren ergens langs de kant in de schaduw van een flinke bomenpartij tegenover een (niet bewoonde) kleine villa. Bij het stuwmeer kijken we wat rond en vervolgen dan het mooie weggetje tot aan de aansluiting met de CM-3213. Die weg is breder en heter en vlak voor de laatste klim naar de col voor Liétor nemen we een schaduwpauze op een plekje langs de weg waar nog wat bomen bereikbaar zijn. De afdaling naar het stadje gaat zeer steil (13%) en via een paar enorme bochten komen we in Liétor, een op een heuveltop gelegen plaats waar we nog wat water kopen. Er is inmiddels ook wat bewolking komen opzetten zodat we de rest van de dag niet meer in de hete zon hoeven te fietsen. Liétor moeten we ook weer verder uitdalen via mooie, korte bochtjes naar de Rio Mundo toe. →↑
Bij de brug over de rivier, diep in het dal, houden we onze lunchpauze voordat we weer het rivierdal uitklimmen naar een col van 789m waarna we weer verder dalen én klimmen naar de aansluiting met de CM-3203.↓
Tot aan die aansluiting is het een heerlijk rustig weggetje, en na die aansluiting is het ook een rustige weg (we zien tot aan Ayna géén ander verkeer dan elkaar), maar helaas weer nodeloos verbreed en gelinealiseerd! We moeten nu weer flink klimmen naar nog een naamloze col van zo'n 1000m hoogte. We krijgen tenslotte in de afdaling naar Ayna indrukwekkende, rode rotswanden te zien die in de vallei van de rivier (nog steeds de Rio Mundo) recht omhoog rijzen. Het is een spectaculaire afdaling via 4 enorme haarspeldbochten. Als we in de nauwe vallei aankomen, zie ik voor het eerst het effect daarvan op mijn Garmin GPS: die kan niet voldoende satelieten zien en de routeaanwijzer geeft nu een positie aan die een stuk van de werkelijke positie afwijkt! Dat kan ik later thuis goed zien als ik het spoorlog op de kaart zet! [zie afbeelding hieronder] We bereiken Ayna tenslotte na een korte klim. Het hotel (Felipe II) ligt bij de ingang van het dorp. We krijgen eerst een kamer die uitkijkt op de parkeerplaats van een garagebedrijf, maar na lang onderhandelen (en eerst nóg weer een andere kamer) belanden we in kamer 126 met mooi uitzicht op de kloof, de rivier en het dal. We waren hier eerder in 2000 [lees hier] maar toen was het hotel vol en logeerden we diep beneden in het dorp. Het was toen onaangenaam heet (38°), nu is het prettig weer en we eten later op de avond in het tegenover het hotel gelegen "La Toba". De hoge rots tegenover ons hotel, waar we vanaf ons balkon goed zicht hebben, is 's - nachts verlicht.
Zondag 12 mei, 60 km.
[routekaartje]
Als we vroeg opstaan zien we de hele vallei vol nevel staan en er hangt een stevig wolkendek! De weersverwachting laat verder goed weer zien voor vandaag, dus na een sober ontbijt en wat boodschappen doen voor onderweg vertrekken we. In 2000 [lees hier] klommen we het dorp uit richting Albacete, nu gaan we weer de weg terug die we gisteren reden en weten dus dat we een flinke klim moeten maken. Na 100 meter rijden hoor ik een gerinkel bij mijn achterwiel dat ik niet kan thuisbrengen! Wat is er nu weer loos? Het blijkt de spaakbeschermer te zijn die achter de cassette zit en die geheel is verteerd. Ik kan hem er zo tussenuit drukken. Probleem opgelost!
Die spaakbeschermer was eigenlijk ook een nutteloos geworden attribuut op mijn fiets, want de diameter van mijn grootste achtertandwiel is groter dan de diameter van die spaakbeschermer, dus als de ketting er al vanaf zou kunnen lopen, dan zou hij hoe dan ook in mijn spaken terecht komen!
We rijden soepel naar de brug over de Rio Mundo (bij Royo Odrea) en nemen daar in een bushuisje plaats om ons meegenomen extra ontbijt te eten voordat de klim gaat beginnen.
De klim neemt uiteindelijk 70 minuten in beslag en is doordat de zon nog achter de wolken zit, goed te doen. Even voorbij de col (1001m) komen we op een weggetje terecht - richting Molinicos - dat ons in een enorme toverwereld vol bloemen, groen en rust brengt. We dalen en klimmen uiteindelijk naar een hoogte van 1100 meter in een bloemenpracht zoals we die nog niet vaak zagen! We zien een enkele fietser, er passeert ook één auto en voor de rest is het een en al rust.
Ook gaat de zon nu schijnen en is het prachtig fietsweer waarin we vaak stilstaan om die bloemen te fotograferen of om weer wat te eten. Tenslotte dalen we magistraal naar de CM412 (de "kleef" weg die we zo goed kennen uit andere tochten. In 2000 vluchtten we hier vanaf!), steken die over en rijden dan over een wat bredere weg naar Molinicos. We rijden het dorpje in om te zien of er een bar open is, maar dat levert niets op en dus gaan we door naar Embalse de la Fuensanta waar we aankomen in volle zon!
De temperatuur loopt nu op naar 35°! Het stuwmeer ligt er prachtig bij en het weggetje langs het stuwmeer is nog steeds schaduwrijk en slingert langs de oever naar Raspilla. Dit traject deden we ook al in 2000. Bij de brug over de Rio Tus pauzeren we weer en beginnen dan aan de stevige klim naar Boche. Uit mijn eigen reisverhaal uit die tijd herinner ik me de vermelding van de 4 bruggetjes, en dat houdt nog steeds stand. We zijn 1,5 uur aan het klimmen en de vermoeidheid laat zich nu gelden. De omgeving is prachtig en niet verknald door de wegenbouwmaffia. Na Boche kunnen we dalen en zijn we snel in Yeste waar ons hotel aan de uitvalsweg aan de andere kant van het dorp ligt. We zijn de enige gasten en daardoor is men vergeten het heetwatersysteem aan te zetten! We moeten dus even wachten tot we warm water voor de douche hebben. We eten in het restaurant waar speciaal voor ons een heerlijke tortilla wordt bereid! Hij is zelfs zo groot dat we er een stuk van mee kunnen nemen om morgen nog te eten!
Maandag 13 mei, 47km.
[routekaartje]
Als we opstaan is het nog bewolkt en nevelig. Een eenvoudig ontbijt en daarna rond 9.45u op stap. De lucht begint dan open te breken en we volgen de prachtige afdaling naar de Rio Segura. Dit weggetje kennen we zeer goed want we waren hier al 4 keer eerder. Er is een kilometer of 3 buiten Yeste een flinke wegverzakking waar een noodweg omheen is aangelegd.↓
Het wordt warmer en de zon gaat uitbundig schijnen! De route langs de rivier is een feest der herkenning vol vogels (vooral de Wielewaal laat zich horen!) en prachtige uitzichten op de rivier en de omringende bergen. Vlak voor de afslag naar La Graya is een mooie picknickplaats waar we rusten voor we aan de doorsteek naar Nerpio gaan beginnen.↓
Die gaat via La Graya en het gedeelte tot aan dat plaatsje is een enorm zware klim van 10% - 20%, met hier en daar een uitschieter naar 24%!! We moeten veel lopen! Tijdens een rustpauze, op een bankje voor een huis in de schaduw eten we onze tortilla op. Zo aangesterkt beginnen we aan het volgende deel. Dat blijft maar doorklimmen, maar nu kunnen we wél blijven fietsen, alhoewel het nog steeds (vooral door de hitte) erg zwaar is. Gelukkig veel schaduw onder de bomen. De weg is prachtig, de omgeving ook, de omstandigheden zijn zwaar, vooral omdat voor Jonne het lopen met de fiets belastend is. De tandem konden we altijd met ons tweeën doen, nu heeft ze alleen haar eigen fiets.→↑
We klimmen naar het "suikerbrood" (Borriquito, een grote rechthoekige rots die we al diep vanuit het dal hadden zien liggen, niet vermoedend dat we daar voorbij moesten), en ook daarna moet er nog worden geklommen tot uiteindelijk 1380m! [kaartje Borriquito] Dan kunnen we eindelijk gaan dalen naar de A-45 bij Yetas de Abajo over een nog steeds fantastisch mooi, steil dalend weggetje. Die A-45 is een wat bredere weg waarop goed valt te fietsen totdat we na een kilometer of 5 op het traject komen waar de wegenbouwersmaffia weer langs is geweest. Maar dit keer moet dat "langsgeweest" letterlijk worden opgevat, want ze zijn wel begonnen, maar hebben hun werk niet afgemaakt!
Wat ze hebben achtergelaten is een halffabrikaat zonder afbakening of wegbeschildering. Het wegdek is nog niet definitief geasfalteerd, er zijn halfafgemaakte afslagen die nergens naartoe gaan, er ligt een brug waar niemand bij kan, er zijn omleidingen die weer verdwijnen. Het is een ramp om te fietsen. Al het groen is verdwenen, de schaduw ook en er rijdt (zoals gebruikelijk) niemand op deze weg. Waarom hij "verbeterd" moest worden is ook de inwoners een raadsel. Er gaan al 3 (DRIE!) wegen van Letur naar Nerpio waar geen gebruik van wordt gemaakt. De dorpjes langs die wegen hebben een paar honderd inwoners en die blijven in die dorpjes! We vragen later aan de hoteleigenaar naar het raadsel, en hij zegt dat het een politieke kwestie is, maar dat de "werkzaamheden" al 6 jaar bezig zijn. Wat nu rest is een verwoest landschap waardoor het vreselijk fietsen is. Een enorme domper nadat we de dag zo mooi zijn begonnen. We klimmen weer opnieuw naar 1380 meter voordat we uiteindelijk in de enorme afdaling naar Nerpio storten. Ook hier weer talloze bochten die ze er uit wilden halen maar waar ze dus halverwege mee zijn gestopt! We zijn blij met ons hotel El Molino bij eigenaar Antonio die we nog kennen van ons bezoek in 2008. We kunnen een heerlijke forel eten in zijn restaurant.
Het verwoeste landschap
Dinsdag 14 mei, 51km.
[routekaartje]
We eten een eenvoudig ontbijt, doen boodschappen en vertrekken om 10u in de richting van Pedro Andrés. Het is prachtig weer met veel zon, maar wel een flinke wind tegen! Het weggetje is nog steeds even mooi als in 2008 (een camino vecinal: CV) en we passeren weer de beroemde notenboom van meer dan 500 jaar oud. De boom is nu echter gekapt op het reusachtige onderste deel van de stam na. Daar hebben ze bij wijze van eerbetoon een soort dak op gemaakt en er is een grote rustplaats omheen gemaakt.↓
In Pedro Andrés nemen we koffie en gaan dan over het licht klimmende weggetje naar Santiago de la Espada. Dit weggetje (dat er al zeker 10 jaar ligt) wordt op de Michelinkaart nog steeds niet vermeld! Ik weet al sinds 2008 dat het er ligt en ook op andere kaarten (van Geo/Estel) staat het ingetekend. Het is trouwens opvallend dat Michelin buitengewoon traag is met updates.
Ik heb kaarten van 15 jaar geleden(!) waarop hetzelfde staat als kaarten van nu! Hoe dan ook, op dit weggetje is tot aan de aansluiting met de A-317 geen mens meer te zien! Er zijn wat boerderijen langs de route maar voor de rest is het stil en een genoegen om te fietsen. Het wegdek is in het begin goed, maar ter hoogte van El Pozo wordt het een hobbel- en gatendek. Onderweg alle tijd voor eet- en kijkpauzes. Bij het naderen van de A-317 wordt het vrij snel slechter weer met onweer en dreigende regen, en op deze hoogte (1600m) hebben we daar weinig zin in! We trekken de regenkleding aan en gaan op zoek naar een schuilplaats.→↑
Er zijn wat grote buizen onder de weg, waar de afwatering dat nodig maakt, maar daar kunnen we niet bij of niet in. Precies op de aansluiting met de hoofdroute ontdek ik - 100 meter terug op die weg - echter een mooi tunneltje onder de weg door dat hoog genoeg is om in te staan en dat bescherming geeft bij onweer! We zetten de fietsen tegen de vangrail boven het tunneltje en nemen onze intrek in dit 'noodverblijf'! Er komt een stevige regenbui voorbij, het onweert licht maar wij staan/zitten mooi droog. Na 25 minuten breekt de lucht open en in een paar minuten tijd is het stralend zonnig én heet!
Wij gaan verder over de heuvelrug die lange tijd op dezelfde hoogte blijft (1600m) voordat we de afdaling naar Santiago inzetten. Ook deze weg kennen we inmiddels uitstekend en het is leuk om alles te herkennen. Bij de brug over de rivier (Rio Zumeta) houden we even halt en klimmen dan naar Santiago toe. Dat is toch nog een verrassend steil stuk! Het hotel is ook een oude bekende en is wel wat opgeknapt, maar we herinneren ons niet veel meer van 2000 en 2002 toen we hier ook waren. De weersverwachting voor de komende dagen is niet erg hoopvol en we gaan eens bekijken wat er mogelijk is. Ik wil graag in Pontones zitten, het hart van de Sierra de Segura, en we weten dat daar een hotel is. Dat blijkt echter vol te zitten maar ze geven me het adres van een Casa Rural en dat blijkt nog een appartement vrij te hebben (wel 4 blijkt later). Daarom reserveren we daar voor de komende 3 dagen om het slechte weer voorbij te laten trekken. Het is inmiddels behoorlijk koud in de avond en op ons verzoek gaat de verwarming aan!
Woensdag 15 mei, 16km.
[routekaartje]
We rijden om 10u weg in stormachtige wind en met dreigende luchten. Er valt wat regen en we hebben regenjasje en lange broek aan. We klimmen stevig het dorp uit (een vrij brede weg) maar merken dat we uit de wind en in de zon die regenjasjes wel weer uit kunnen trekken. Op de hoogvlakte van Cañá Hermosa moeten we tegen die wind stevig aanpoten. Het is een heel bijzonder landschap en heel merkwaardig zijn de enorme hoge afrasteringen die hier zijn, waar we echter geen vee achter zien staan. Vlak voor we op de hoogvlakte aankomen zie ik ook dat de weg naar La Toba (waar we in 2008 vanuit dat dorp komend een stukje op hebben gelopen) in het begin is geasfalteerd, maar misschien betreft het alleen maar de afslag vanaf de weg waar wij op rijden. Na de hoogvlakte volgt de stevige afdaling en de wind waait hier zo hard tegen dat we (6% dalend) toch niet hoeven te remmen! In Pontones loopt de brede weg weer dood op de 2 meter brede dorpstraat en wij vinden snel onze Refugio del Segura.
De Rio Segura (die hier ongeveer 1 meter breed en 1 kilometer oud is) stroomt beneden langs onze kamer! Nadat we onze intrek hebben genomen in een prachtig appartement (met de verwarming aan, het is buiten een graad of 14°) waar we het wel 3 dagen uit kunnen houden, gaan we op de fiets naar de bron van de Rio Segura. In 2008 waren we daar voor het eerst en er stroomde toen vrijwel geen water uit die bron. Nu is het een grote bruisende en woest stromende waterpartij waar het water alle kanten uitkolkt! Een spectaculair gezicht. Er staat een harde wind, en we hebben het behoorlijk koud, toch rijden we ook nog een stukje van het weggetje dat dwars door de Sierra de Segura naar Cazorla loopt. Vooral om te zien of dat een eventuele mogelijkheid zou zijn om Pontones over 3 dagen weer te verlaten, maar we zien al snel in dat dat niet zal gaan. Het is een onverhard en zanderig pad dat met bepakte fietsen niet echt prettig zal rijden. Bovendien is het minimaal 45 kilometer en kent vermoedelijk een flink aantal steile stukken. Ik heb vandaag mijn 65e verjaardag uitstekend gevierd!
Twee rustdagen in Pontones
16 mei
We maken er een rustige dag van. Het weer is niet slecht en nadat we in het dorpje bood-schappen hebben gedaan (er zijn 2 winkeltjes en 1 bakker) en eerst lekker koffie hebben gedronken in ons appartement, gaan we op stap voor een mooie wandeling. We lopen stroom-afwaarts het pad langs de Rio Segura tot aan de Cortijo de Masegoso Alto, steken dan over een bruggetje van boomstammetjes een zijtak van de rivier over maar kunnen ook het pad naar de Cueva del Agua niet goed volgen. Het staat bij het begin in het dorp wel aangegeven (ook Huelga Utrera wordt daar aangegeven), maar wij lopen dood op een ondoordringbare plantengroei. We keren om en brengen de rest van de middag in ons appartement door. Dat is maar goed ook want er vallen enorme regenbuien en natte sneeuw!!
17 mei
Vandaag is het overwegend een slecht-weerdag en we regelen een hotel in Segura de la Sierra omdat we ervanuit gaan dat het morgen beter weer zal zijn. Het hotel ligt volgens booking.com midden in de Sierra de Segura, maar bestudering van de gegevens leert toch echt dat het in het dorpje ligt! Een rare vergissing (na onze klacht is dat inmiddels gecorrigeerd). Wij doen boodschappen als het even droog is, wandelen 's-middags een stukje naar Ponton Alto en via dat dorpje in de richting van Fuente Segura. De beroemde Piedra Horadada (een rots met een groot gat er in) ligt langs de hoofdweg naar Ponton Alto. Het gaat weer regenen, we zien op de hoge bergen rondom ons sneeuw liggen (!!) en keren om naar ons 'huis'. Ook nu weer koken we 's-avonds een heerlijk eigen maal en met de verwarming aan en prima wifi komen we de avond door.
Zaterdag 18 mei, 38km.
[routekaartje]
We staan op en bekijken het weer: bewolkt, natte sneeuw, af en toe wat zon maar om 8.45 ziet het er nog niet aantrekkelijk uit. De afstand voor vandaag is niet erg lang dus kunnen we ons vertrek nog wat uitstellen en we rijden weg om 10u in hagel en natte sneeuw na een hartelijk afscheid van de eigenares van het Refugio de Segura. Ter hoogte van Casas de Carrasco gaat de zon schijnen en zien we een compleet winters landschap: alles is bedekt met sneeuw! De temperatuur is nu 4°!
Bij de afslag naar Hornos (na 6 kilometer) slaan wij af op de A317 en nemen de route die lange tijd de bergrug op 1600 meter hoogte volgt. Vrijwel steeds fietsen we nu in hagel of natte sneeuw, het zicht is beperkt en het wegdek heeft af en toe gladde plekken! Het is een winters kerstlandschap tussen de fraaie naaldbomen. Normaal gesproken (in de zomerse omstandigheden waar we op gehoopt hadden) zie je vanaf hier het stuwmeer bij Tranco altijd mooi liggen.
We hebben beiden een lange broek aan en daaroverheen onze regenbroek. Het bovenlichaam is ingepakt in een hemd met lange mouwen, een windjack, een fleecejack en daaroverheen weer ons regenjack. Een warme haarband en capuchon houden het hoofd warm! Water- en winddichte handschoenen. Een skibril met goede afdichting complementeert het geheel. ↓
We hebben het dus wel warm, maar de temperatuur is inmiddels naar 0° gezakt! Op de weg zijn soms bevroren plekken, we moeten zeer voorzichtig rijden. Een nadeel van onze dikke kleding is dat je toch wel flink gaat zweten en dat merk je vooral als je stilstaat, want dan koel je ineens een stuk af. Vooral aan de handen hebben we last van de vrieskou, want door de wind en het zweet in je handschoen krijg je je handen niet meer warm! →↑
Op de splitsing waar je naar Rio Madera kunt afslaan (we weten dat daar een leuk hotel/restaurant is), twijfelen we: daar naartoe gaan om warm te worden met koffie of doorrijden? We weten niet eens of het restaurant wel open is en hoewel die weg uiteindelijk ook weer aansluiting geeft (via de JV-7038) op de weg naar Segura de la Sierra, kiezen we maar voor de zekerste oplossing: doorrijden op de weg waar we nu al rijden. Bij El Campillo is een boshuisje waar we kunnen schuilen voor een flinke sneeuwbui die nu langstrekt. We eten er gelijk maar wat van onze voorraad en als de sneeuwbui voorbij is getrokken stappen we weer op. Dit weggetje is vrijwel steeds dalend maar er ligt nu een flinke sneeuw en ijslaag op de weg. Er zijn wel sporen van een auto te zien die gepasseerd moet zijn, maar we glibberen een kilometer of 5 over deze weg verder, vooral veel remmen (maar die doen het in sneeuw ook een stuk minder), goed sturen en uitkijken dat je niet op veraderlijke stukken bevroren ondergrond terecht komt. Toen we op 6 mei vertrokken was dit wel het laatste wat we verwacht hadden te zullen aantreffen. We komen tenslottte bij de afslag naar Segura de la Sierra en dalen over een afstand van 8 kilometer zo'n 200 meter. We zien bij het naderen van het dorpje het kasteel al prachtig liggen en moeten eigenlijk het smalle weggetje daarnaartoe inslaan, maar dat weten we niet omdat we niet precies kunnen achterhalen waar ons casa rural is. In het dorp doen we navraag en we kunnen vanuit het dorp alleen maar lopend via zeer steile, smalle trappetjes bij dat casa rural komen. We fietsen dus weer terug naar het begin van het dorp, nemen alsnog de afslag naar het kasteel en belanden uiteindelijk op het hoogste punt van het dorp waar een klein appartement voor ons klaar staat. De wind blaast hard, het gaat weer sneeuwen, regenen, hagelen én opklaren en dat alles zien we vanaf ons balkon (maar achter glas) iedere 5 minuten veranderen! De verwarming kan het in onze kamer maar net warm krijgen. We maken zelf eten klaar in het kleine keukentje.
Zondag 19 mei, 58km.
[routekaartje]
We staan op om 7u en zien bewolking én zon als we het rolluik opentrekken en op een enkel buitje na in het het begin van de ochtend is dat het beeld voor de hele dag. Met vooral steeds meer zon en betrekkelijk weinig last van de wind. Ook de temperatuur is een grote verbetering ten opzichte van gisteren: 15°-25°! Als we vertrekken doen we nog wel 4 lagen aan, want in de enorme afdaling hebben we dat wel nodig, zeker omdat de wind nog fris is. Maar als we eenmaal in de zon komen, kunnen er al snel wat lagen uit. We dalen vanuit Segura naar El Batan. Er staan waarschuwingsborden bij de afslag op de hoofdweg dat de weg 'cortado' is, maar we wagen het er maar op. Inderdaad is vlak voor het dorpje de weg zwaar gehavend, een auto kan er echt niet langs, maar met de fiets is het geen probleem. ↓
Een paar borden verplaatsen, een rood-wit lint optillen, wat schuiven met versperringsblokken en we kunnen door de vette, rode modder ploeteren! Als we het dorpje voorbij zijn, gaan er nog wat kleren uit, want de zon begint zijn werk te doen! Via Rihornos komen we over een mooi stuk bij de hoofdweg uit die in slechte staat verkeert. We bonken verder naar Carrasco waar we koffie kunnen drinken en gaan door naar Cortijos Nuevos. Er vallen nog 3 druppels regen als we daaruit verder dalen en slaan dan af naar El Tranco. Dalen naar 700m, klimmen naar 800m en dan weer terug naar de stuwdam op 680m. We waren hier voor de eerste keer in 1997, maar kunnen ons niet veel meer herinneren. We herkennen nog wel het hotel, maar overige cafes en bars die we nu zien en waar we koffie en een ijsje nemen, komen ons onbekend voor. Dat kan ook wel komen doordat we vorige keer laat aankwamen en weer vroeg weggingen en niet de tijd hebben genomen voor verkenningen. →↑
Hoe dan ook, we rijden nu wel weer dezelfde route met de rivier - de Guadalquivir - mee en met veel zon. We moeten eerst nog een stukje klimmen, eten nog wat in de schaduw bij een afslag en verbazen ons ook over de zeer steile weg die we aan de overkant van de rivier tegen de berg op zien gaan. Ik zie later thuis op mijn digitale kaart dat het 40% is!
Dalend gaan we nu over een prachtig stuk verder. De afslag (JH7155) naar Casa Forestal de Carrales bekijk ik nog op eventuele bruikbaarheid, maar dat is een te zware opgave. Onverhard of zeer slecht wegdek en veel klimmen en dalen zonder enige mogelijkheid om te eten/drinken. Ook meer dan 60 kilometer lang. Wij komen op het laagste punt aan waar de Guadalquivir naar links buigt en wij opnieuw gaan klimmen naar de bergrug waarachter ons einddoel ligt verscholen. Het is een mooie klim, maar door de vermoeidheid stoppen we wel vaker.
Op het hoogste punt aangekomen zien we Villanueva weer mooi diep in het dal liggen en we horen behoorlijk wat muziek ergens vandaan komen. Later zal blijken dat het een orkestje is dat in de tuin van het hotel - waar wij naar op weg zijn - een bruiloft aan het opvrolijken is! De afdaling naar het dorp gaat snel en in het dorp zelf moeten we nog eens een 2 kilometer á 9%-11% naar beneden. Hotel Torres II ligt helemaal aan de rand van het dorp. Gelukkig wel naast een grote supermarkt, dat is handig voor morgen. We hebben een kamer helemaal aan de zijkant van het hotel, maar het orkestje is goed hoorbaar. Ze stoppen gelukkig wel om een uur of acht.
Wij verkennen de wijk op zoek naar een winkel waar we een dompelaar kunnen kopen, want toen ik thee wilde zetten begaf ons exemplaar het met een enorme steekvlam! Door het veelvuldig oprollen van het snoer ontstaan er toch zwakke plekken. We zien een aantal zaken waar we morgenochtend even langs kunnen. We eten in het hotel in een zeer ongezellige (fel neonlicht) eetzaal.
Maandag 20 mei, 72km.
[routekaartje]
Vandaag staan we weer voor de opgave om het stuk tussen de Sierra de Segura en de Sierra Morena te overbruggen. Uit 1997 weet ik dat er wat lelijke stukken tussen zitten en vandaag zullen we daarom een andere route rijden. Overigens is het wel handig dat we een iPad bij ons te hebben, want nu kan ik in mijn eigen verhalen teruglezen hoe ik destijds gereden heb. We doen boodschappen en gaan op zoek naar een nieuwe dompelaar, maar die blijkt niet te vinden.
En om maar op de zaken vooruit te lopen: in alle plaatsen waar we langskomen de komende 10 dagen, blijkt dat ding nergens te krijgen. Pas in Castilblanco de los Arroyos vinden we er een!
We rijden om 11u weg in de richting van Sorihuela del Guadalimar en rijden door uitgestrekte olijfboomgaarden naar de rivier toe (de Guadalimar). Daar begint weer een klim over een verbrede weg, maar net als eerder zien we dat de werkzaamheden zijn gestaakt en er voorlopig niets meer gaat gebeuren. Geld op! In Sorihuela drinken we koffie en gaan dan over de A312 - een brede weg zonder verkeer - naar Castellar de Santisteban, een plaatsje met een mooie historische kern, waar we afslaan om over een oude olijvenroute verder te rijden. Dit is het mooiste deel van de tocht van vandaag. Licht golvend landschap en een prima temperatuur. We komen één auto tegen. Bij Navas de San Juan sluiten we weer aan op de A312 en rijden dan een stuk dat we in 1997 ook reden. De weg (toen net nieuw) is weer volledig verslechterd maar er is weinig verkeer en we kunnen nu redelijk snel opschieten omdat we dalen - langs Arquillos - naar de Rio Guadalén. Wat klimwerk brengt ons dan bij het hotel Casa Marchena in Vilches.
Dinsdag 21 mei, 39km.
[routekaartje]
Om het stuwmeer van Fernandina heen loopt een prachtige route. Steeds klimmend en dalend rijden we naar La Fernandina toe en gaan dan verder naar El Acebuchal en Carboneros dat vlak langs de snelweg ligt maar verder niets heeft te bieden. We klimmen dan naar het één straat lange La Mesa waar we midden in die straat bij een soort altaar gaan zitten lunchen. Verkeer is er niet. Dan gaan we via waanzinnige afdalingen (47 km/u) langs Martin Malo en Guarromán naar de hoofdweg (E5) die we oversteken om via een laatste stuk naar Baños te rijden. Opvallend zijn de bloemen onderweg.
Ons hotel ligt boven op een heuvel en je kunt er op twee manieren komen:
1. De steile (19%), directe toegang in het begin van het dorp;
2. Een langere weg om het dorp heen.
Wij kiezen 1, omdat we niet kunnen zien dat [2] tot het hotel doorloopt! We hebben, na wat heen en weer gepraat met de receptie omdat we niet de kamer hebben gekregen die we hadden gereserveerd, een mooie kamer met een groot balkon met uitzicht op het prachtige kasteel. Dat ligt er in de avondzon indrukwekkend bij. We doen boodschappen in het dorpje en eten later op ons balkon!
Woensdag 22 mei, 49km.
[routekaartje]
Om 6.45 gaat de wekker en zien we de zon al tegen een onbewolkte hemel op het kasteel schijnen. Weer heel andere kleuren dan gisterenavond. We eten een eenvoudig ontbijt en dalen (heel mooi) het dorp uit. Wel nog een vest aan. Dan gaan we klimmen naar het Embalse del Rumblar over een schitterend weggetje.
Het is nu warm geworden en alle vesten verdwijnen in de tassen. Naar de stuwdam toe weer een afdaling en vanaf de stuwdam loopt een onverharde weg (JV-5041) die ons naar de JM-5003 moet brengen, (waar we in 1997 tijdens de "grote oversteek" overheen reden, komend uit La Carolina). Het is ruim 15 kilometer fietsen door een verlaten gebied waar we op een grote boerderij (Cortijo Yeguada Arauz de Robles) het enige teken van leven zien: 2 boeren die de schapen helpen oversteken.
Het wegdek is soms wat rotsig en er liggen keien, maar we kunnen lekker doorklimmen door een werkelijk prachtig landschap met steeds weer verrassende uitzichten. De grootste stijging zit in de laatste 5 kilometer waar we 250 meter hoogteverschil moeten wegwerken. Vlak voor de col komen we nóg een levend wezen tegen: er ligt een slang op het wegdek te slapen. Ik zie hem eerst aan voor een dooie tak en wil eroverheen rijden, maar zie nog net dát het een slang is!
Als we weer aansluiten op de JM-5003 komen de beelden uit 1997 weer boven van de stieren die ons toen (al rennend door de weilanden) begeleidden. De weg is nu van betere kwaliteit, soms wat wasbordachtig, en opvallend zijn de parasoldennen die hier veel staan. Het landschap is totaal veranderd, vergeleken met dat aan de andere kant van de bergrug. De afdaling naar Andújar is probleemloos en ook dit keer zitten we in Hotel del Val.
Donderdag 23 mei, 59km.
[routekaartje]
Wegens de verwachte warmte staan we vroeg op en na vertrek ontbijten we bij een cafe aan de overkant. We rijden snel de stad uit en volgen enige tijd de parallelweg langs de hoofdweg voordat we afslaan naar Marmolejo. Het is licht heuvelachtig gebied en heel bijzonder zijn de enorme eucalyptusbomen die hier overal langs de kant van de weg staan. Ze zorgen voor een weldadige schaduw! Op de kaart had ik dit gebied al uitvoerig verkend, vooral om te zien of er alternatieve mogelijkheden zouden zijn om in Virgen de la Cabeza te komen. Dat kan wel, maar het traject is grotendeels onverhard en onzeker. Onzeker in die zin dat op de OSM-luchtfoto's niet te zien is of er recente aardverschuivingen of wegblokkades zijn geweest, want de meest recente foto's zijn 5 jaar oud! We hebben dus een ander traject uitgezet om in de Sierra Morena te komen.
Marmolejo is een mooi stadje en we treffen er een recent geopende churreria aan. We gaan naar binnen en laten ze ons goed smaken!
We dalen dan naar de Rio Guadalquivir over een mooie, rustige weg, bekijken de bijzondere brug en maken een praatje met 2 fietsers die daar net aan komen rijden. Ze bevestigen mijn vermoeden dat de weg naar Virgen de la Cabeza inderdaad zwaar, lang én onverhard is.
Na een korte pauze gaan we rustig klimmen naar het Embalse de El Yeguas, in de inmiddels tot 30° opgelopen temperatuur. De weg na de stuwdam heeft een veel slechter wegdek en we bonken al klimmend het dal uit.
Als we op de route naar Montoro aankomen is de weg weer goed en we rijden dan over een prachtig slingerend, smal weggetje naar Montoro waar we óm het dorp heen kunnen rijden of er dóórheen. We kiezen voor het laatste. Het zijn steile, maar vooral slecht berijdbare straatjes in het dorp (kinderkopjes) en er is nogal wat verkeer waardoor we ons langzaam naar het hoogste punt van het dorp begeven. We vinden een rustig uitkijkpunt met mooi zicht op een groen dal waar we wat van onze voorraad eten. We dalen dan naar de snelweg toe en er onderdoor voordat we over een serviceweg langs die snelweg naar de aansluiting rijden met de weg naar Algallarin. Het is nu heet - 35° - en de hoge bomen zijn vervangen door olijfbomen waardoor we op de hete weg, steil klimmend (10+%) maar langzaam vorderen. In Adamuz kunnen we hostal San Andres makkelijk vinden (dankzij GPS) en zitten in een kleine, maar erg plezierige kamer met een goede airco. We houden een siësta. Daarna boodschappen doen in het kleine plaatsje (althans, wij denken dat het klein is) en rondlopen in het oude centrum waarna we later een uitstekende maaltijd eten in het bij het hostal horende restaurant —El Chaparro— op de hoek van de straat.
Vrijdag 24 mei, 63km.
[routekaartje]
Bij het bestuderen van de mogelijkheden om vanuit Adamuz in Villanueva te komen, hebben we 2 mogelijkheden gezien: de A421 of de langere A3001 en A3100. We bekijken meestal op streetview hoe zo'n weg er dan uitziet en kiezen voor de A421. Nu blijkt ook dat Adamuz helemaal geen klein dorpje is, maar dat we op weg naar die A421 nog door een hele stad moeten rijden! Gisteren in de hitte bij aankomst, komend uit de andere richting, was dat niet opgevallen.
Als we op die A421 aankomen keren we al na één kilometer om! Het is een inmiddels 'verbeterde' weg geworden en de streetviewfoto's waren van te lang geleden. We gaan terug het dorp in, drinken koffie en rijden dan vrijwel langs ons hotel de 'stad' weer uit. En de route die we nu te rijden krijgen is fantastisch!! Stil, mooi, veel groen, veel bochten en zeer plezierig om te fietsen. Maar er is wel een prijs: We moeten uiteindelijk 4 keer zeer steil dalen, maar daarna ook weer zeer steil (en lang) klimmen. Daarbij zijn stukken tot 16% en dat redden we echt niet meer. 10%–11% kunnen we nog net fietsen, een beetje zigzaggend, maar de steile stukken lopen we dan maar. Het is al wel weer 31° en de zon schijnt genadeloos! Maar de rust is weldadig (er passeren ons 3 auto's gedurende de achtereenvolgende klimmen naar de aansluiting met de A3100). De afstand tot die weg is ruim 33 kilometer. Gedurende de laatste kilometers is er wat dreigende bewolking op komen zetten en eenmaal op die A3100 krijgen we inderdaad een buitje en schuilen we onder een afdakje bij een boerderij. Het onweert verderop (waar wij vandaan zijn gekomen) behoorlijk maar we houden het uiteindelijk verder droog en het onweer drijft over.
De weg naar Villanueva is weer wat breder, er moet wel geklommen worden, maar niet meer zo steil. Langs de kant prachtige bossen vol steeneiken! Uiteindelijk blijken we vandaag 1500 meter te hebben geklommen! Als we bij ons hotel voorrijden slaat de schrik ons om het hart: alles is helemaal opengebroken en verkeert in staat van volledige renovatie! We kunnen er toch wel in? Gelukkig wel, want het deel dat al klaar is, is bereikbaar door langs de bouwactiviteiten via de lift naar boven te gaan. Die bouwactiviteiten stoppen bovendien om 18:00. Het voordeel is dat – vanwege de overlast – de kamerprijs de helft is van wat we via internet hadden opgekregen. We doen boodschappen in de stad en eten op de kamer.
Tijdens het eten begint de stoppenkast in de kamer enorm te zoemen en te ratelen. Ook begint het licht te flikkeren, gaat uit, weer aan en het lijkt weer normaal te worden. Wij wijten het aan de verbouwing, maar na 2 minuten begint het weer. Tenslotte wordt het overal stikdonker en het blijkt dat de hele stad getroffen is door een stroomstoring! Verontruste hotelgasten op de gangen proberen te achterhalen wat er aan de hand is. Na een kwartier gaat alles weer branden. We slapen verder uitstekend.
Zaterdag 25 mei, 33km.
[routekaartje]
We staan vroeg op en zien dat het helemaal mistig is en behoorlijk fris! We gaan daarom eerst maar eens boodschappen doen (ook steeds weer zoekend naar die dompelaar), drinken koffie en vertrekken rond 10u. Lange broek en vest nog aan, maar al snel buiten het dorp kunnen die weer uit en de wolken worden vrij snel door de zon verdreven. Halverwege Pedroche is het al helemaal blauw. We hebben een mooie, lange afdaling naar de rivier toe en we fietsen opnieuw door een mooi dehesa landschap met duizenden steeneiken en velden vol met bloemen! In Pedroche gaan we (over klinkerstraatjes die we in al die dorpjes hier tegenkomen — het lijkt oost-Duitsland wel) naar het centrum maar zien geen plek waar we lekker kunnen zitten.
Als we het dorpje weer uitrijden zien we echter een prachtig parkje met veel bomen waar we onze eigen lunch kunnen gebruiken. Er staat bovendien een aangename wind. Na Pedroche verandert het dehesalandschap in een hete, kale meseta! Alle bermen met gif bespoten, er staat geen bloem meer! Pas bij Dos Torres keert het groene landschap weer terug. Ons hotel "Las Usias" ligt centraal op het grote dorpsplein naast de mooie oude kerk waarop de ooievaars een plek hebben gevonden. Wij eten 's-avonds buiten, voor het eerst sinds we in Biar op ons balkon aten! Het hotel is uitstekend.
Zondag 26 mei, 55km.
[routekaartje]
Het is mooi weer en voor het eerst sinds ons vertekhotel in Alicante hebben we een echt goed ontbijtbuffet! We rijden eerst naar El Viso, vooral dalen over een wat bredere weg en na dat plaatsje door een prachtig landschap met weer veel steeneik, klimmend en opnieuw veel dalen naar Hinojosa del Duque waarvan we de karakteristieke dubbele graansilo al van ver zien liggen. Een paar kilometer voorbij El Viso is een prachtige plek rond het stuwmeer in de Rio Guadamatilla waar een grote schaapskudde rondloopt langs de oevers en de schapen één voor één komen drinken! In Hinojosa vinden we tegenover de graansilos een churreria waar we er weer een paar nemen.
Het is inmiddels heet geworden en het loopt tegen de 30°! We rijden weer een klein stukje door de stad over oude hobbelstraatjes en gaan dan over de CO8406 naar Las Patudas. Er zijn veel graanvelden, maar ook de dehesa is nog steeds overal aanwezig. Op deze weg ook weer lange, rustige afdalingen en klimmen. Vlak voor we het hoogste punt bereiken dat bij de afslag van CO7405 ligt, duikt er na de bocht in de weg ineens heel verrassend een oranje gekleurd stuwmeer op! We denken eerst dat het rooie aarde is, maar het is rood/oranje gekleurd water. Het heet: Embalse Cascajoso.
Wij slaan af op de CO7405 en in het eerste stuk ligt nog wat asfalt, maar geleidelijk aan is dat helemaal weggesleten zodat er voor ons nog een wasbordachtige gruisweg overblijft
[merkwaardig hoe op de Michelinkaart dit weggetje als een gewone asfaltweg wordt aangemerkt. De situatie die wij aantreffen moet al sinds jaren zo zijn]
De omgeving is ook hier weer fantastisch met een grote variatie in begroeiing. Vlak voor Peñarroya sluiten we weer aan op de hoofdweg en hebben daarna snel ons hotel bereikt. Er is een grote bruilloft aan de gang, maar op onze kamer hebben we er geen last van. Peñarroya is een voormalig ijzererts stadje en wordt omringd door oude, vervallen en instortende fabrieken en gebouwen die daar nog op wijzen. Rond 1970 (toen de fabrieken sloten) zijn veel mijnwerkers naar België vertrokken. We gaan in het centrum kijken, drinken er wat en eten later bij het restaurant naast het benzinestation een eenvoudig maal.
Maandag 27 mei, 55km.
[routekaartje]
Veel zon vandaag, maar er staat ook een harde, vrij frisse wind die de hele dag zal blijven waaien. Daarom trekken we bij vertrek onze vesten en lange broek maar aan.
[ Eigenlijk maken we dat deze vakantie vaak mee: fris in de ochtend en wel zodanig dat er dus een vest en lange broek aanmoet. Dat doe ik pas als het onder de 15° komt. ]
Het ontbijt is zeer minimaal: het restaurant is op maandag dicht en de eigenaar maakt zelf wat voor ons klaar. We hoeven er trouwens ook niets voor te betalen. We krijgen wel allerlei adviezen voor onderweg mee en hij is zeer behulpzaam.
Onze volgende bestemming ligt hier slechts 15 kilometer vandaan als we over de N432 zouden fietsen. Maar dat willen we niet en daarom zoeken we een mooie route door de bossen. We dalen naar het Embalse de Sierra Boyera en gaan door naar El Hoyo waar we afslaan naar Belmez via de CO6406, dan verder over de CO6407 naar El Entredicho en dan veranderen we van richting (we hebben steeds wind mee gehad) over de CO7403 naar Doña Rama waar we op een bankje wat gaan eten. Inmiddels is de zon goed gaan schijnen en stappen we over op zomerkleding! Tot aan Doña Rama zijn het allemaal mooie, smalle slingerende weggetjes en zien we de beroemde Patas Negras overal rondscharrelen.
Na dit plaatsje hebben de wegenverbouwers de verleiding niet kunnen weerstaan om de weg maar weer eens te gaan verbeteren en klimmen we - 9% - naar boven over een volledig overbodig verbrede weg naar Posadilla. We blijven dan een tijdje over de heuvelrug rijden, houden bij Los Panchez een rustpauze en gaan dan via 2 klimmetjes bij Ojuelos Altos en Bajos naar de lange afdaling richting Fuente Obejuna. Hier is de weg steviger aangepakt en er staat meer op het programma. Ons hotel ligt ten noorden van het dorpje op een bedrijventerrein. We hebben een kamer met groot terras, maar door de keiharde wind is het daar niet prettig om te zitten. De was drogen gaat echter prima! Het eten in het restaurant is matig.
Dinsdag 28 mei, 59km.
[routekaartje]
Als we opstaan is het prachtig weer met veel blauw én veel wind. Na ontbijt vertrekken we en doen boodschappen in het dorp, want gedurende de route van vandaag zullen we geen winkels meer tegenkomen. In het dorp lopen we weer over zeer steile straatjes (14%) naar het hoogste punt. Daar zijn de winkels, maar ook de straten zijn opgebroken. We weten de pastelleria toch te bereiken voor een welkome koffie. Dan gaan we op pad en klimmen over een nog brede weg (A447) naar Argallón. De wind is stevig en fris, er hangt een flink wolkendek en we hebben onze vesten maar aangetrokken, maar die gaan na 2 kilometer alweer uit! Er is vrij veel zwaar verkeer op deze weg en dat doet de vrees rijzen dat het mooie slingerweggetje naar Alanís ook al is verbeterd. Bij Argallón schuilen we in het bushuisje en doen onze regenjacks maar aan, ook al regent het niet, maar in de 8 kilometer lange afdaling naar de Rio Bembézar hebben we het wel nodig. Het is een mooie, overzichtelijke afdaling. Als we de afslag naar Azuaga bereiken, zie ik tot mijn vreugde een bordje staan dat aangeeft dat de weg niet mag worden bereden door vrachtwagens langer dan 10 meter. Bovendien staat er een bord dat waarschuwt voor een zeer slecht wegdek. Gelukkig!! De weg is niet onderhanden genomen, wij hebben het rijk vermoedelijk alleen! Ik kan me ook niet voorstellen dat iemand hier met een auto zou willen rijden: 39 kilometer lang wasbord, gatenkaas, geulen, kloven, spleten, los gruis, strookjes asfalt (20 cm breed, 3 meter lang), zand en andere vormen van wegdek die niet te categoriseren zijn! We komen later tijdens die 39 kilometer 3 motorrijders tegen die niet weten dat ze met hun motoren de hel tegemoet gaan!
Bij de mooie brug over de Rio Bembézar waar dit alles begint, nemen we een eetpauze en trekken de regenjacks uit, want het is nu goed fietsweer met temperaturen van 18° tot 26°. De wind heeft in de vele bochtjes nauwelijks invloed en we rijden door een indrukwekkend gebied waar het weggetje met honderden bochtjes en wendingen doorheen slingert. We passeren een oude mijn, er staan wat oude boerderijen (verlaten?), we zien één boer aan het werk en verder is het héél stil. Na 13 kilometer klimmen en dalen bereiken we de provinciegrens Sevilla/Cordoba en denken dan even dat het wegdek beter wordt. Dat doet het inderdaad, maar slechts 100 meter lang waarna we weer verder bonken en schuiven over de volgende 26 kilometer! Het wordt steeds warmer en de omgeving blijft steeds fantastisch. Er staan hier ook kurkeiken! We bereiken uiteindelijk na 6 uur fietsen (vanaf de brug over de Bembézar) de laatste col vóór Alanís en rijden dan nog 4 kilometer over mooi asfalt naar ons Casa Rural: Casa Adriano waar we 2 dagen zullen blijven. We worden zeer hartelijk ontvangen, gaan het dorpje verkennen en doen wat boodschappen. Ook zoeken we een schoenmaker die de bandjes van een van de schoenen van Jonne weer vast kan zetten. We eten later in het uitstekende restaurant van het hotel. Wij zijn overigens de enige gasten.
Woensdag 29 mei - Rustdag Alanís.
Het is mooi zonnig weer, maar er staat een harde, stormachtige wind uit het noordoosten! We rijden 's-middags naar San Nicolas de Puerto waar het Via Verde de la Sierra Norte loopt. Een prachtig fietspad, mooi geasfalteerd, van het station van Cazalla naar Cerro del Hierro. Het was een spoorweg voor de ontginning van de ijzermijnen. Vandaag rijden we het deel naar Cerro del Hierro. Met de wind in de rug worden we naar het eindpunt geblazen waar de oude mijnwerkershuisjes nog steeds worden bewoond. De resten van de mijnen, de vervallen huizen (Casas de los Inglesos) van de voormalige Engelse opzichters vormen samen een bijzonder landschap! De temperatuur is 25°–29°, maar door de harde wind voelt het als een graad of 15°.
We hebben eigenlijk te snel gereden de afgelopen weken, want we dreigen nu te vroeg in Sevilla te komen, en daar hebben we geen zin in. Het is daar inmiddels 35° of hoger! We plannen daarom voor de komende dagen korte etappes zodat we rustig aan kunnen doen. We halen de schoenen weer op, kosten: €3,00!
Donderdag 30 mei, 50km.
[routekaartje]
Eigen ontbijt op de kamer en daarna vertrek om 9.30u. Het is dan al behoorlijk heet maar in de afdaling naar SN del Puerto hebben we nog wel een lange broek en vest nodig. De wind is een stuk minder dan gisteren en in San Nicolas nemen we koffie in de bar op het kleine pleintje. We kleden ons om in zomerpak en gaan dan over het Via Verde de la Sierra Norte zuidwaarts naar Estacion de Cazalla. Het recent geasfalteerde pad loopt parallel aan de rivier en daalt 1%-2%. We hebben alle tijd, houden veel pauzes, kijken rond, eten en drinken wat en genieten. Het is een schitterende omgeving.
De laatste 4 kilometer van het pad gaan weer over een onverharde weg en je volgt dan niet meer de voormalige spoorbaan, want dat deel van het traject is gebruik voor de spoorlijn Constantina-Cazalla. We rijden dan door een mooi golvend landschap vol bloemen. Als we bij het station aankomen is er een splitsing: de asfaltweg naar Cazalla, en een pad/spoor dat ten zuiden van de weg door de bossen gaat. Het is onverhard en zeer steil en daarom kiezen we voor de asfaltweg. De temperatuur is alweer opgelopen naar ruim 30°. We gaan klimmen tot vlak voor Cazalla, dalen dan het dorp in en houden halt op het grote plein voor een lunchpauze in de schaduw van een grote boom.
We gaan dan over een prachtig weggetje naar El Pedroso. 4 kilometer mooi glad asfalt, daarna 15 kilometer hotsebotsen. Maar opnieuw door een prachtig landschap langs de rivier. Ook hier staan weer veel kurkeiken! Bij El Pedroso kiezen we voor de weg die door het dorpje gaat en we zig-zaggen sterk dalend door de smalle, keienstraatjes naar ons hotel Monte Hueznar. Heerlijk koel gebouw maar ook nog een uistekende airco. We doen boodschappen en eten later op onze kamer.
Vrijdag 31 mei, 35km.
[routekaartje]
Na bescheiden ontbijt nemen we de A432 (veel dalen) naar de afslag die ons naar Castilblanco moet brengen. Na het passeren van de rivier Parroso moeten we een stuk klimmen dat weer wordt gevolgd door een "spectaculaire" afdaling. Dat lees ik terug in mijn verslag van 2003 [lees hier], maar zo spectaculair is het nu niet meer. We hebben inmiddels wel spectaculairdere afdalingen meegemaakt, maar bovendien is de weg op dat "spectaculaire" stuk verbreed, waardoor de hoge rotswanden er niet meer zijn. Dat is gedaan (lezen we op borden langs de kant) omdat hier veel ongelukken plaatsvonden.
Nu kunnen ze lekker nog harder rijden, dus het aantal ongelukken zal waarschijnlijk niet afnemen! Wij slaan af op de C433. Een smal, slecht onderhouden weggetje dat naar Castilblanco voert. We dalen naar de Rio Viar, houden lunchpauze bij de heerlijke schaduwplek bij het Canal de Viar en klimmen dan het dal weer uit. We rijden dan door grote percelen met fruitbomen, vooral nectarines en vinden helemaal aan de andere zijde van het stadje ons hotel. We zijn nog op de tijd voor de lunch en de eigenaar brengt ons in zijn auto naar het één kilometer verder gelegen restaurant van zijn broer. Terug in het hotel gaan we het stadje in. We kennen het nog van 2003 en er is niet veel veranderd. We doen boodschappen en vinden wonder boven wonder hier onze zo lang gezochte dompelaar!! Kunnen we weer zelf thee zetten op de kamer de komende 3 dagen! We eten op het grote balkon voor onze kamer. In de verte zien we Sevilla koken in de laagvlakte!
Zaterdag 1 juni, 70km.
[routekaartje]
We ontbijten eenvoudig aan de bar in het hotel en dalen vervolgens snel en soepel naar Burguillos waar we koffie drinken en brood kopen voor onderweg. We willen Sevilla vanuit het westen binnenrijden vanwege de te verwachten drukke wegen in het noorden en zoeken vandaag een weg door het hete landschap. Dat landschap is trouwens nu totaal anders geworden: graan en aardappelen! De Sierra Morena hebben we duidelijk achter ons gelaten. We willen eerst naar Guillena en om daar te komen vinden we een mooi pad dat langs en dóór de rivier voert! Er is een soort dam opgeworpen waar licht verkeer overheen kan. In het stadsparkje zoeken we een schaduwrijke plek voor een broodmaaltijd. Dan gaan we op weg naar Salteras over de drukkere A460, maar bij het bereiken van de snelweg (A66/E803) gaat al het verkeer dáár overheen en kunnen wij op de nu vrijwel uitgestorven N630 (de vroegere hoofdroute naar Madrid) naar de afslag van de S3140 rijden. Bij mijn verkenningen van het gebied van vandaag, was ik een Via Verde tegengekomen: de Via Verde Itálica, en die kruist de S3409 waarop we terechtkomen. Bestudering van die route als we hem kruisen na een paar kilometer, leert ons dat we met dit hete weer beter niet over droge, stoffige paadjes kunnen rijden. Bij koeler weer zou het een goed alternatief zijn, want dit Via Verde komt uit bij de brug over de Guadalquivir die we moeten hebben om in het centrum van Sevilla te komen.
Wij gaan dus door naar Salteras en de klim dat dorpje in is het zwaarste dat we vandaag qua klimmen tegenkomen. Het is nu 32° geworden, maar door de wind goed te doen. We kruisen ook nog een "Ruta del Agua", een fietsroute die we ook hebben overwogen te nemen, maar ook deze ziet er niet aanlokkelijk uit. We komen nu wel in de drukte van het verkeer rond Sevilla terecht en we fietsen nu vrijwel steeds door bewoond gebied en woonwijken. Er lopen wel fietspaden en die proberen we zoveel mogelijk te volgen.
In Valencina nemen we nog een ijsje/drinken in het stadsparkje en gaan dan naar Castilleja en Gines. We raken hier het spoor een beetje bijster, want ondanks onze GPS lukt het niet altijd om de meest eenvoudige route naar een brug over de rivier te vinden! Veel straten lopen dood. We komen ook een Nederlandse fietser tegen, hij maakt een fietsreis maar moet die afbreken wegens zijn astma-aanvallen, we rijden wat met hem op en raken hem ook weer kwijt. Veel wegen naar het centrum zijn alleen maar voor auto's bedoeld en ik zie (op mijn GPS) in het zuiden van de stad de fietsroute langs de spoorbrug lopen. Daar dus naartoe en zo rijden we uiteindelijk Sevilla binnen. De zoektocht naar het hotel (dat vlakbij het grote station ligt) gaat ook niet makkelijk. De GPS stuurt me al die kleine rotstraatjes in het centrum door en daar is niet doorheen te komen wegens overbevolking! Sevilla heeft echter een zeer uitgebreid en goed gemarkeerd en herkenbaar (groen asfalt) fietspadennetwerk en daar komen we uiteindelijk op terecht en weten zo de route naar ons hotel te vinden. Het is 36° als we bij het hotel voorrijden! We zitten op de 7e etage zodat we een mooi uitzicht hebben. De fiets wordt voor ons bij het zwembad gestald.
Zondag 2 juni
Rondtocht vanuit Sevilla.
We willen eigenlijk het Doñana park bezoeken, ten zuiden van de stad, maar helemaal daarheen op de fiets is in deze hitte te ver. We maken een tochtje dat ons via Bellavista naar Coria Del Rio voert, waarbij we om in dat stadje te komen, een pont moeten nemen over de Guadalquivir! Dan gaan we in de schaduw langs de oever in een restaurant aan het water een heerlijke tijd uitrusten, eten en drinken (Tinto de Verano) en terugkijken op een wel heel gevarieerde vakantie. Het is nu 39°, onze sneeuwtocht vanuit Pontones lijkt wel heel lang geleden!
We keren terug langs het oevergebied van de rivier en via dezelfde brug als gisteren komen we de stad weer binnen. We weten nu ons hotel wel snel te vinden.
Maandag 3 juni verkennen we de stad op de voet en per fiets. We gaan langs de mooie parken en stadsdelen, winkelen wat en bereiden ons alvast voor op het vertrek morgen.
Dinsdag 4 juni.
We rijden rond 9:30 bij het hotel weg en volgen simpelweg de Kansas City Boulevard. Er ligt het bekende groene fietspad. Op zeker moment houdt dat op en moeten we ons met het overige verkeer (en dat is druk) over de weg begeven. Helemaal onplezierig wordt het als we plotseling op de autovia belanden! Maar een andere weg is er niet! Vooral op het punt waar twee hoofdwegen bij elkaar komen en wij links én rechts worden ingehaald door 120 km/u rijdende vrachtwagens en auto's, moeten we zeer goed opletten om de oversteek naar de veiligere vluchtstrook te maken. We hoeven maar een kort stukje langs deze weg, maar het blijft een merkwaardige oplossing die hier gekozen is. Ik heb later thuis nog uitgezocht of er een alternatieve route zou zijn, maar heb die niet kunnen vinden. Voor als je er zelf ooit bent: misschien is een transfer met een hotelbus veiliger! Het laatste bijzondere van de luchthaven is dat we onze voorwielen uit de fietsen moeten halen omdat ze anders niet door de scanner kunnen! We komen zonder vertraging aan op Schiphol en moeten daar vrij lang wachten op onze bagage. De fietsen komen eerder binnen!
Laatste versie: 6 januari 2023
Terug naar de Indexpagina Marc Zoutendijk – © 1993-2093 Hier is een mailformulier |